Introductie
De jaren twintig markeren het begin van artistieke vernieuwingen in Roemenië. Joden voelden zich thuis in de provocerende moderne stromingen die rebelleerden tegen een maatschappij die hun het recht op burgerschap ontzegde. Marcel Janco, M.H. Maxy, en de jonge, opkomende kunstenaar Victor Brauner slaagden er samen in om het artistieke leven een nieuwe prikkel te geven. Het is voornamelijk aan hen toe te schrijven dat 1924 een van de vruchtbaarste jaren van de avant-garde in Roemenië werd. Dankzij hun uitgebreide Europese netwerk organiseerden Maxy en Janco eind 1924 de Eerste Internationale Kunstexpositie van Contimporanul, met werk van Brauner, Janco en Maxy en andere geestverwante kunstenaars.
M. H. Maxy
M.H. Maxy (Brăila, 26 October 1895 – Bucharest, 19 June 1971)
Maxy is de kunstenaarsnaam van Maximilian Herman. Na zijn middelbare school studeerde hij schilderkunst aan de Academie van Schone Kunsten in Boekarest. In 1922 ging Maxy in de leer bij Arthur Segal in Berlijn. In de Duitse hoofdstad maakte hij kennis met de avant-garde in al zijn verscheidenheid. Zo kwam hij ook in aanraking met het constructivisme en werd lid van de expressionistische Novembergruppe. In 1923 keerde Maxy terug naar Roemenië. Naast zijn bijdragen aan het tijdschrift Contimporanul introduceerde hij in 1925 met het avant-gardistische tijdschrift Integral een nieuwe kunststroming, die alle artistieke vernieuwingen wilde samenvatten. Ook werkte hij als toneelontwerper voor verschillende theaters. In 1928 opende Maxy de Studio voor Toegepaste Kunst. In de jaren dertig bepaalde zijn sociale bewustzijn in toenemende mate zijn schilderijen. Zo beeldde hij bijvoorbeeld vaak arbeiders af. Na 1941 maakten de rassenwetten het Maxy onmogelijk zijn werk te exposeren. Hij werd leraar aan de Joodse Kunstschool, waar joodse studenten terecht konden die waren weggestuurd van officiële Roemeense kunstacademies. In het communistische Roemenië was Maxy van 1949 tot aan zijn dood in 1971 directeur van het Nationaal Kunstmuseum van Roemenië in Boekarest.
Naakt met sluier, 1922 De complexe relatie tussen vorm en achtergrond in dit schilderij verraadt de invloed van Maxy’s leermeester Arthur Segal. Het naakt en de witte sluier alsook de omliggende ruimte zijn in gelijksoortige vormen opgedeeld, die alleen door kleur van elkaar zijn te onderscheiden.
Victor Brauner
Victor Brauner (Piatra-Neamţ, 15 juni 1903 – Parijs, 12 maart 1966)
Victor Brauner was een belangrijke vertegenwoordiger van het surrealisme, een kunststroming die de wereld tussen droom en werkelijkheid centraal stelt. Hij werd geboren in de oostelijke Karpaten, in een plaats waar de helft van de bevolking joods was. Na een antisemitische boerenopstand in 1907 vertrok het gezin naar Duitsland en later naar Oostenrijk. In 1919, vijf jaar na terugkeer in Boekarest, kreeg de familie Roemeens staatsburgerschap. In dat jaar begon Brauner ook aan zijn studie aan de Nationale School van Schone Kunsten in Boekarest.
In 1924 had hij zijn eerste solotentoonstelling in Boekarest en nam hij deel aan de Eerste Internationale Kunstexpositie van Contimporanul, waar voor het eerst nieuwe ontwikkelingen binnen de nationale en internationale moderne kunst in Roemenië te zien waren. In 1930 maakte Brauner in Parijs kennis met André Breton en het surrealisme, dat zijn nieuwe inspiratiebron werd. Financiële problemen dwongen hem in 1935 naar Boekarest terug te keren. Geschrokken door een wet die joden verplichtte het staatsburgerschap opnieuw aan te vragen, vertrok hij in 1938 definitief naar Frankrijk. Na de Tweede Wereldoorlog nam Brauners bekendheid snel toe: hij exposeerde geregeld in New York, Londen, Parijs en Amsterdam.
Portret van Ilari Voronca, 1925 Ilarie Voronca was het pseudoniem van de joodse dichter Eduard Marcus, een van Brauners beste vrienden. Het oppervlak van het schilderij is 'opgebroken' tot een reeks kleurvlakken, waarbij geen rekening is gehouden met het gezicht van het model.
Marcel Janco
Marcel Janco (Boekarest, 24 mei 1895 – Ein Hod, 21 april 1984)
Marcel Janco geldt als één van de voornaamste avant-garde kunstenaars uit Roemenië. Hij was medeoprichter van het Cabaret Voltaire in Zürich en redacteur van het belangrijkste Roemeense avant-garde tijdschrift Contimporanul. Na zijn middelbare school vertrok hij in 1915 voor studie naar Zürich. Als dadaïst van het eerste uur nam hij al vanaf 1916 deel aan verschillende tentoonstellingen en performances. Na zijn terugkeer in Boekarest in 1921 kreeg hij grote invloed op de ontwikkeling van de avant-garde in zijn geboorteland. Janco bleef in de jaren twintig als redacteur aan Contimporanul verbonden, maar leverde ook bijdragen aan andere progressieve kunstbladen. Als architect ontwierp hij vanaf 1926 modernistische gebouwen in Boekarest.
Le Poilu (De harige | De frontsoldaat), 1924 ‘Poilu’ (harig) was de bijnaam van Franse soldaten tijdens de Eerste Wereldoorlog. In dit werk gebruikte Janco materialen zoals jute en krantenpapier om een Franse soldaat uit te beelden.
Mannenportret (Jacques Costin), 1922-1924 De joodse schrijver Jacques Goldschlager Costin was een schoolvriend van Janco, die later zijn zwager werd. De anatomische verhoudingen tussen hoofd en romp zijn niet natuurgetrouw weergegeven. Het gezicht van het model bestaat uit verschillende vlakken, die vanuit verschillende gezichtspunten zijn voorgesteld.